Lauden

Openingsvers

God, kom mij te hulp.
Heer, haast U mij te helpen.
Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest.
Zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

Hymne

Hoor ‘t blijde lied dat wij u zingen,
neem, Jozef, onze lofzang aan:
gij, roem van alle hemelingen,
gij, hoop en steun in ‘t aards bestaan.

U heeft de Schepper uitverkoren
tot bruidegom der reine Maagd,
en voor het Woord, uit Hem geboren,
heeft Hij uw vaderzorg gevraagd.

Gij ziet vol vreugd het Kind, te midden
van dieren in een stal gelegd,
gij moogt in nederigheid aanbidden
die door profeten is voorzegd.

Zij lof gebracht de drie Personen,
ook om de eer aan u bereid:
zij mogen ons de vreugde tonen,
dank zij uw trouw dienstbaarheid.

                                           
PSALMODIE

antifoon 1:
De herders haastten zich naar Betlehem en vonden Maria en Jozef en het
pasgeboren Kind dat in een kribbe lag.

    PSALM 63
God, mijn God zijt Gij,
ik zoek U reeds bij het ochtendgloren.
    Naar U dorst mijn ziel en hunkert mijn hart
    als dorre akkers naar regen.
Zo zie ik omhoog naar de plaats waar Gij woont,
beschouw ik uw macht en uw glorie.
    Meer waard dan het leven is mij uw genade,
    mijn mond verkondigt uw lof.
Ik zal U prijzen zolang ik leef,
mijn handen uitstrekken naar U.
    Mijn ziel wordt verzadigd met voedzame spijs,
    mijn mond zal U jubelend danken.
Wanneer ik op mijn bed aan U denk,
dan blijf ik wakend over U peinzen.
    Want Gij zijt altijd mijn beschermer geweest,
    ik koester mij onder uw vleugels.
Met heel mijn hart houd ik vast aan U,
het is uw hand die mij steunt.
    Eer aan de Vader en de Zoon
    en de heilige Geest.
Zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

antifoon 1:
De herders haastten zich naar Betlehem en vonden Maria en Jozef
en het pasgeboren Kind dat in een kribbe lag.

antifoon 2:
Jozef en Maria, de moeder van Jezus, stonden verbaasd over wat van Hem gezegd
werd en Simeon sprak over hen een zegen uit.

    LOFZANG DAN. 3, 57-88.56
Looft de Heer, alle schepselen Gods,
prijst en verheft Hem eeuwig.
    Looft de Heer, hemelse sferen,
    boden des Heren, prijst Hem.
Looft Hem, wateren boven de hemel,
hemelse machten, prijst Hem.
    Looft de Heer, zon en maan,
    sterren des hemels, prijst Hem.
Looft de Heer, regen en dauw,
alle stormwinden, prijst Hem.
    Looft de Heer, vuur en hitte,
    koude en warmte, prijst Hem.
Looft Hem, nevels en buien,
hagel en vorst, prijst de Heer.
    Looft de Heer, ijs en sneeuw,
    nachten de dagen, prijst Hem.
Looft de Heer, licht en donker,
bliksem en wolken, prijst Hem.
    Loof de Heer, heel de aarde,
    prijs en verhef eeuwig.
Looft de Heer, bergen en heuvels,
al wat daar groeit, prijs de Heer.
    Looft de Heer, zeeën en stromen,
    bronnen van water, prijst Hem.
Looft de Heer, zeegedrochten,
alles wat leeft in het water,
vogels des hemels prijst Hem.
    Looft Hem, wilde en tamme dieren,
    mensenkinderen, prijst de Heer.
Israël, loof de Heer,
prijs en verhef Hem eeuwig.
    Looft de Heer, priesters des Heren,
    al zijn dienaren, prijst Hem.
Looft Hem, geesten van de rechtvaardigen,
vromen, ootmoedigen, prijst de Heer.
    Looft Hem, Ananja, Azarja, Misaël
    prijst en verheft Hem eeuwig.
Loven wij Vader en Zoon en Geest,
laat ons Hem prijzen, verheffen voor eeuwig.
    Geprezen Gij, Heer, in de koepel des hemels,
    U komt de lof toe in alle eeuwen.

antifoon 2:
Jozef en Maria, de moeder van Jezus, stonden verbaasd over wat
van Hem gezegd werd en Simeon sprak over hen een zegen uit.  

antifoon 3:
Jozef stond op in de nacht, hij week uit naar Egypte met het Kind en zijn
moeder, en bleef daar tot aan de dood van Herodes.  

PSALM 149
Zingt voor de Heer een nieuw gezang,
zijn lof weerklinke temidden der zijnen.
    Israël juiche zijn Schepper toe,
    laat Sions volk zijn koning begroeten.
Looft zijn Naam in een heilige dans,
bespeelt voor Hem tamboerijn en citer.
    Want onze Heer, die zijn volk bemint,
    omkranst de verdrukten met zegekransen.
Jubelt dus, heiligen, om uw triomf,
viert feest in uw legerplaatsen.
    Gaat met het lied van God in uw mond,
    het vlijmscherpe zwaard in uw handen.
Trekt met uw wraak door het heidense land,
bestraft de vijandige volken.
    Neemt hun vorsten geboeid met u mee,
    hun leiders in ijzeren kluisters.
Voltrekt aan hen het vonnis van God,
glorievol is dit voor al zijn getrouwen.
    Eer aan de Vader en de Zoon
    en de heilige Geest.
Zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

antifoon 3:
Jozef stond op in de nacht, hij week uit naar Egypte met het Kind
en zijn moeder, en bleef daar tot aan de dood van Herodes.

Korte schriftlezing
                                     
2 Sam. 7, 28-29

Heer God, Gij zijt God en uw woorden zijn betrouwbaar. Gij hebt deze weldaad
aan uw dienaar beloofd. Zegen dan nu het huis van uw dienaar: dat het altijd
voor U mag blijven bestaan. Gij zelf, Heer God, hebt gesproken; uw rijke zegen
zal voor altijd rusten op het huis van uw dienaar.

Korte beurtzang

God heeft hem aangesteld tot heer over zijn huis.
God heeft hem aangesteld tot heer over zijn huis.
Tot beheerder van heel zijn bezit.
Tot heer over zijn huis.
Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest.
God heeft hem aangesteld tot heer over zijn huis.

Lof zang van Zacharias

antifoon:
    
Jozef ging wonen in Nazaret, opdat in vervulling zou gaan wat door de profeten
gezegd was: Hij zal een Nazareeër genoemd worden.

Geprezen zij de Heer, de God van Israël,
omdat Hij omziet naar zijn volk en het bevrijdt.
    Een redder heeft Hij ons verwekt
    in het geslacht van David, zijn getrouwe.
Zoals Hij reeds van oudsher had verklaard
bij monde van zijn heilige profeten.
    Verlossing uit de macht van onze vijanden
    en uit de hand van allen die ons haten.
Zo zal Hij onze vaderen barmhartig zijn,
zijn heilige verbond gestand doen;
    De eed aan onze vader Abraham gezworen
    ons eenmaal te verlenen:
Om aan de greep van vijanden ontrukt
Hem zonder vrees te dienen;
    In vroomheid en gerechtigheid
    al onze dagen voor zijn aanschijn. –
En gij, kind, zult profeet zijn van de Allerhoogste,
want gij gaat voor de Heer uit om zijn weg te banen.
    Gij zult zijn volk de boodschap van verlossing brengen
    door de vergeving van hun zonden;
Dankzij de innige barmhartigheid van onze God,
die als een nieuwe dag voor ons zal opgaan;
    Om licht te brengen in het duister en de schaduw van de
dood
    en onze voeten te geleiden op een weg van vrede.
Eer aan de Vader en de Zoon
en de heilige Geest.
    Zoals het was in het begin en nu en altijd
    en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

antifoon:
Jozef ging wonen in Nazaret, opdat in vervulling zou gaan wat
door de profeten gezegd was: Hij zal een Nazareeër genoemd worden.

Slotgebeden

Bidden wij tot Hem die mensen rechtvaardig maakt:
    Houd ons in leven, rechtvaardige God.
Heer onze God, onze vaders in het geloof hebt Gij geroepen om voor uw aanschijn
een heilig leven te leiden; geef dat wij in hun voetspoor treden en volmaakt
zijn zoals Gij verlangt.
    Houd ons in leven, rechtvaardige God.
Gij hebt Jozef, een rechtvaardig man, uitverkoren om voor uw Zoon, het kind
Jezus, te zorgen; maak dat wij bezorgd zijn voor het lichaam van Christus, uw
Kerk op aarde.
    Houd ons in leven, rechtvaardige God.
Gij hebt de aarde aan de mensen toevertrouwd om haar te volken en aan hen
dienstbaar te maken; leer ons in deze wereld met ijver te werken tot lof en eer
van uw Naam.
    Houd ons in leven, rechtvaardige God.
Vader van allen, vergeet het werk van uw handen niet; en laat allen in rust en
vrede arbeiden voor een menswaardig bestaan.
    Houd ons in leven, rechtvaardige God.

Onze Vader….

Almachtige eeuwige God, bij de menswording van uw Zoon hebt Gij aan de heilige
Jozef de allereerste zorg voor dit mysterie toevertrouwd. Wij vragen dat ook de
Kerk bezorgd blijft om de vervulling van dit heil dat zij bewaart en dat haar
gegeven is door Christus onze Heer. Die met U leeft en heerst in de eenheid van
de heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen. Amen.

De Heer zegene en behoede ons,
Hij beware ons voor onheil
en geleide ons tot het eeuwig leven.
Amen.